Ooit was het gebied waar wij wonen een ruig en moerassig heidelandschap doorsneden met beken die deel uitmaakten van het stroomgebied van de Regge. Men noemde het de Woeste of de Wueste, een aanduiding voor ongecultiveerde wildernis. Zoals op zoveel plaatsen in Nederland werden ook hier de woeste gronden ontgonnen. Het Overijssels kanaal werd gegraven voor het transport van turf en van oer dat hier gewonnen werd voor de ijzerindustrie. De heide veranderde in akkers en weidegrond.
Ons huis, een voormalig boerderijtje, werd gebouwd in 1930. Na een periode van elkaar opvolgende bewoners werd in 1980 het huis gekocht door Mies. Geleidelijk aan begon ze met de aanleg van een tuin. Het huis stond toen op 1200 vierkante meter grond, waarvan een deel bestond uit een in 1967 aangeplant stukje bos. De aankoop van weidegrond om het huis in 1996 verbreedde letterlijk en figuurlijk de horizon. Een deel van de grond werd bij de tuin getrokken. De rest werd hooiland met daarin een poel. Er kwamen houtwallen, wilgen- en bramenbosjes, waar vogels en reeën zich thuis voelen.
Sinds Eddy in 2000 erbij kwam, is de ontwikkeling van de tuin tot wat het nu is, heel snel gegaan. Het is een tuin geworden met achter het huis een grote Engels aandoende border en voor het huis twee poelen (een grote en een kleine) met een wat ruigere landschappelijke begroeiing. U vindt in onze tuin verschillende soorten rozen (o.a. een enorme Kew rambler), rododendrons, azalea’s, heesters, bomen en een kleine boomgaard. Ook experimenteren we met grassen.
De grond waarop we tuinieren is vruchtbaar en draagt hier en daar nog sporen van een ver verleden. Toen we op zoek waren naar een naam, stond het vast dat die iets met de plek te maken moest heb-ben. Dat werd ‘de Wueste’: geen ongecultiveerde wildernis, maar wel een losse natuurlijke manier van tuinieren.